De verhuizing

Foto: Pixabay.com

Mijn schoonmoeder van 83 gaat verhuizen naar een appartementencomplex. De eengezinswoning waarin ze 60 jaar met wijlen haar echtgenoot heeft gewoond, wordt te groot, net als de tuin bij deze woning.

Maar een oude boom laat zich moeilijk verplanten. Het kostte veel overredingskracht om haar zover te krijgen om deze stap te zetten. Want ze laat niet alleen een huis, maar eigenlijk een heel leven achter zich bij vertrek. En ze heeft dit soort beslissingen nooit eerder alleen hoeven nemen, tot nog toe was daar altijd die echtgenoot die meebesliste, die steun en toeverlaat die 3 jaar geleden wegviel en smartelijk gemist wordt.

Vandaag hebben vrouwlief en ik alvast wat spullen naar de kringloop gebracht, waaronder 93 puzzels van wijlen mijn schoonvader. Want puzzelen deed-ie graag, ’s avonds na werktijd, voordat dementie en Parkinson hem reduceerde tot een zwijgende en passieve figuur die de hele dag in een stoel hing.
En de sjoelbak ging ook mee naar de kringloop, net als een hoop glaswerk en ander gerei. Want een mens verzamelt en bewaart wat af in een leven en een appartement is voor al die spullen te klein.

Maar het bij elkaar rapen van die spullen is moeilijk geweest voor schoonmoeder: al die herinneringen die dan boven komen, dat besef van voorbij zijn, van een definitief afsluiten van een leven als ‘echtgenote van’. En het komt nooit meer terug, dat leven. De rivier stroomt maar één kant op, de tijd gaat één richting op en dat is richting het einde en de dood.

En waar sommige mensen nog de troost van het geloof hebben, heeft mijn schoonmoeder helemaal niks. De kerk, dat is iets van vroeger, een Rooms-Katholieke kerk die vooral aan zieltjes winnen deed en weinig oog had voor de noden van de gewone man. Daar heeft ze al lang geleden afscheid van genomen. En een oud mens verandert niet meer, ze heeft eenmaal die beslissing genomen en dat blijft zo.

Hollands weer

Wijsheid die misschien past bij het Hollandse weer….

Regen, regen, regen.
Hollands weer.
Goed voor het grondwaterpeil, goed voor bomen, struiken en agrarische gewassen, slecht voor mijn humeur.
‘Het regent harder dan ik hebben kan….’, zong Blöf jaren terug, een liedje dat nog steeds actueel is.
Ik klik Buienradar aan op mijn mobiel, zo te zien wordt het vanmiddag tussen twee en drie droog, kan ik even naar buiten….

Maar ik kán tenminste nog naar buiten, ik ben gezond van lijf en leden.
Die oude mensen in verzorgingshuizen die door fysieke beperkingen niet meer de deur uit kunnen: hoe komen die dit soort dagen door?? Stil in huis, een lange dag, de klok tikt hoorbaar de uren weg. De komst van de huishoudelijke hulp betekent even afleiding, een menselijke stem, maar als deze klaar is met haar werk daalt de stilte weer neer als een grijze deken.
En dan ook nog dat grijze weer buiten. Alles nat en koud, kale bomen, niks te zien. De tv dan maar aan, lawaaiige verstrooiing, veel te veel reclame, maar alles beter dan die stilte….

Als ík zo oud ben, wil ik een seniorenappartement in de Algarve, want in Faro is het vandaag zonnig en 20 graden. Maar ach, ik heb waarschijnlijk niks te kiezen, want life is what happens when you are busy making other plans. Want van al die plannen en toekomstdromen komt vaak niets terecht. Ik zou beter die dromen kunnen laten voor wat ze zijn en in plaats daarvan een eenzame oudere op gaan zoeken. Maar ik kén geen eenzame oudere hier in Zoetermeer en ik kan niet zomaar ergens binnenvallen. Dus.

Algarve: zon en zee

Aswoensdag

Aanhoudende regen, de hemel huilt.

Via de app van mijn werk krijg ik te horen dat de vader van een collega vannacht overleden is. Dat gáát maar door, de een na de ander gaat dood.
Een man uit mijn familiekring heeft uitgezaaide kanker en kan alleen nog maar wachten op de dood. Hij had een ongelukkig leven na een echtscheiding. De eenzaamheid ging hij vergeefs te lijf met veel drank. Nu zit er een grote tumor in zijn lever.

‘Stof ben je, tot stof keer je terug.’ Een zinsnede uit de bijbel die traditioneel bij Aswoensdag past. Een priester brengt een askruisje aan op het voorhoofd van de gelovigen en spreekt daarbij die woorden uit. Woorden die God eens tegen Adam sprak, als straf op eigengereidheid en opstandigheid. Een leven met de dood in het verschiet. Een leven dat na betrekkelijk korte tijd eindigt, dus waarom maken we ons dan zo druk over allerlei zaken alsof we eeuwig zullen leven en de dood niet bestaat??

Buiten zijn hoveniers een verwaarloosde buurtuin aan het opknappen. Ik hoor een kettingzaag, er liggen takken op het pad langs onze voordeur. Alles gaat gewoon door, dood of geen dood. En van Aswoensdag heeft zo’n werkman vast nog nooit gehoord….

Vandaag en gisteren

Regen.
Het water spoelt het vuil weg.
De honden lopen los bij het uitlaten; ik kan anders de paraplu niet ophouden.
Buienradar laat bijna alleen maar regenwolken zien.
We lopen gearmd naar de kerk, ik hou de plu boven mijn vrouw’s hoofd.

Nee, dan gisteren:

Zon en wolken, echt Nederlands. De bosgrond kleurt groen met speenkruid. Het is hier zo vochtig dat deze oeverplant ook in het bos groeit. Straks verschijnen de gele bloemetjes. Langs het pad bloeit een sleedoorn zuiver wit.
Zingende mezen, een roffelende specht, drie buizerds boven de bomen, zwevend in de lucht. De lente in de kop. Jammer dat ik mijn camera niet bij me heb.

Speenkruid op een bosbodem




Dagen zonder doel

Dagen zonder doel,
dagen van verveling,
van leegte,
van doodsheid,
van dorheid,
van nutteloosheid –
ze overkomen me vaak…

Het zijn dagen dat ik vrij ben van betaald werk, dagen waarop mijn lichaam vrij is van fysieke inspanning maar mijn geest draait overuren….dagen met een zee aan vrije tijd waar ik vaak geen raad mee weet.

Ik zit die dagen vaak alleen maar uit, ik zit de tijd uit. Ik dood de tijd met het lezen van een boek dat niet echt boeit of ik zap langs tv-kanalen die allemaal dezelfde oppervlakkigheid vertonen, vaak gecombineerd met een verbijsterende hoeveelheid reclame.
En buiten regent het vaak of is het koud, waardoor een wandeling met de hond of een andere buitenactiviteit geen optie is.


Dit zijn dagen die nooit echt tot hun doel komen maar die eindigen zoals ze zijn begonnen: zonder nut. Dagen waarvan je blij bent dat ze eindigen en je naar bed kunt om alles te vergeten in de slaap.


Ik moet iets verzinnen om deze dagen nut te geven, maar ik weet niet wat. Want zelfs bloggen lukt dan vaak niet, ik krijg geen zin fatsoenlijk op papier. Vrijwilligerswerk gaan doen misschien? Maar dat zorgt voor prikkels en vermoeidheid naderhand – vermoeidheid die vaak doorwerkt op de dagen met betaald werk.

De buurman weer

Marco Borsato, Whitney Houston en nog een keur aan andere artiesten met een focus op de Eighties en Ninethies passeerden luid en duidelijk de revue bij onze buurman gistermiddag en -avond.

Het was weer bal. Buurman moest zich uitleven, uit zijn dak gaan met hard gedraaide muziek die door hem nóg harder werd meegebruld. Dat er buren aan de andere kant van de muur wonen die van rust houden, deerde blijkbaar niet…

Het evenement was al bezig toen mijn vrouw om drie uur thuiskwam. Toen ik rond kwart voor vijf arriveerde uit mijn werk stond de muziek even zachter, om daarna weer opgeschroefd te worden tot een zenuwslopend, asociaal hard niveau. En dit patroon bleef zich herhalen tot de klok van zeven.

Toen zat mijn vrouw er helemaal doorheen en belde de politie. Maar die was niet in de gelegenheid om te komen, ze waren te druk met iets anders. Onze melding van geluidsoverlast werd opgeslagen in het systeem met het advies om de volgende keer geen vier uur te wachten maar eerder te bellen. En daarmee moesten we het doen.

Gelukkig bleef het daarna stil bij de buren. Om acht uur ging mijn vrouw naar bed, ze was het helemaal zat. Ik keek via Uitzending Gemist aflevering 4 van de Radical Story of Patty Hearst af en volgde haar daarna.

.

Slijtage als zegen?

Ik heb pijn in mijn onderrug en het fysieke werk dat ik doe is zonder twijfel de oorzaak hiervan. Even iets te zwaar getild, een klus te snel willen afmaken, even de verkeerde werkhouding, en het is gelijk mis.
Onderrug en nek zijn mijn zwakke plekken. Nu is het de rug, volgende week misschien de nek.
‘Wegdenken’ helpt soms – me concentreren op taken, bezig zijn met dingen; de zeurende pijn verdwijnt dan steeds verder naar de achtergrond.
’s Nachts in bed verlost de slaap. Maar als ik wakker wordt is-ie er weer en draai ik me van de rugligging in de zijligging en vice-versa zonder verlichting te voelen.
Gelukkig is het meestal na enkele dagen weer over, maar na een volgende zware klus meld-ie zich weer en verdwijnt en is er weer en….

Slijtage heet zoiets, ik ben 57, de jaren gaan tellen. Een waarschuwing, een stem: je hebt niet het eeuwige leven, je lichaam verslijt en is straks helemaal versleten en dan is het tijd om te gaan.

Ik moet nog een jaar of tien tot mijn pensioen en da’s best wel lang met zwaar werk en rugpijn. Maar wat is wijsheid? Ik voel me gesetteld op mijn huidige werkplek – negen jaar ervaring en vakkennis betaalt zich inmiddels uit in een goed stuk werk, gewaardeerd door mijn werkgever. Nu weggaan voelt als een vlucht voor de verantwoordelijkheid, het in de steek laten van het bedrijf. Dus wat is wijsheid?

Het heeft ook iets met God te maken, het idee dat ik op deze werkplek moet zijn en dientengevolge niet zomaar weg kán. Gezegend zijn en blijven mét rugpijn en een zere nek, het klinkt raar, maar het kán wel.


Pilletje tegen praten

Ik ben sinds een paar weken aan de Dexamfetamine. Een pilletje dat bedoeld is tegen de drukte in mijn hoofd en – als gevolg daarvan – het hardop tegen mezelf praten als ik alleen ben.
Of als ik dénk dat ik alleen ben en daarin zit dus een belangrijk deel van mijn probleem: soms staat er onverwacht iemand naast of achter me terwijl ik tegen mezelf praat en dan schaam ik me. Want wat zal die persoon niet van mij denken? Die ziet mij vast als een zonderling, een vreemd iemand. Ik geneer me dan ook enorm op zo’n moment.
Mijn autisme-psycholoog vind dat ik me nergens voor hoef te schamen, dat dit ‘gewoon’ bij mij hoort maar mijn geest wil hier niet aan en blíjft zich schamen. Vandaar dus dit pilletje.

Dexamfetamine is een broertje van Ritalin. Beide medicijnen zijn bedoeld om de concentratie te vergroten, het gefocust zijn op de taak waar je in een gegeven moment mee bezig bent. Met in mijn geval de hoopvolle verwachting dat deze concentratie mijn geest rustiger maakt en dientengevolge het hardop praten minder.

Ik ben gestart met Ritalin, maar er veranderde weinig tot niets. Na overleg met mijn behandelaar is de beslissing genomen om over te stappen op Dexamfetamine. Maar ik merk tot nu toe ook met dit pilletje geen verandering.

Jammer, ik heb eerder al eens een antipsychoticum gekregen van mijn behandelaar voor dit probleem, maar dat vond ik een te zwaar medicijn. Er zitten gezondheidsrisico’s aan dit soort middelen en ik wil graag gezond ouder worden…

Als Dexamfetamine definitief niks is, probeer ik misschien nog een rustgevend pilletje van het Kruidvat, Valdispert of zoiets. Kijken of dát iets doet. En anders blijft het bij mijn dagelijkse dosis Efexor (een anti-depressivum) en Buspiron (een angstremmer). En hobbel ik op die manier door naar de eindstreep, hardop pratend in mezelf… 🙂 😦

Burenruzie

Een echtpaar van in de veertig. Man werkloos, ontevreden, een type met een erg kort lontje die van kleine dingen al over de rooie kan gaan: een verkeerde opmerking van zijn vrouw, een zoekgeraakte aansteker, een buurman die hem aanspreekt over harde muziek. Begint dan al gauw te schreeuwen en te schelden en smijt dingen door het huis. Zijn vrouw is psychisch kwetsbaar en werkt in deeltijd. Thuis staat ze midden in de turbulentie van het geschreeuw en gescheld van manlief en probeert dan te sussen, te bemiddelen als het moet, maar meestal zonder succes.

En wij zijn de buren, mijn vrouw en ik. Een man met autisme en een vrouw met schizofrenie en een rugzakje vol vervelende herinneringen aan vroeger. Allebei overgevoelig voor geluid – klussende buurtbewoners, herrie op straat, geschreeuw bij de buren…..
Deze huizen zijn gehorig, de muren dun. Ja, we maken alles mee onze kant van de muur: de woede-uitbarstingen, de muziek die buurman soms veel te hard draait, de tv op hoog volume, gebonk tegen de muur.

Gisteravond rond half elf: we lagen al een tijdje in bed toen mijn vrouw me wakker maakte. Ze kon niet slapen vanwege de geluiden die vanuit de naastgelegen woonkamer van de buren kwamen. Ze hadden muziek opstaan en zongen zelf enthousiast mee met de liedjes. Ik sliep erdoorheen dankzij Ohropax oordopjes, mijn vrouw kon er niet van slapen.
Ze was de aanhoudende overlast spuugzat en wilde de politie bellen, maar besloot om eerst op de muur te bonken in een poging de herrie te stoppen.
Dit bleek een foute beslissing te zijn want voor buurman was dit een lont in het kruitvat. Hij zette ‘It’s my life’ van Bon Jovi op, keihard, als een niet mis te verstaan antwoord op ons klopsignaal: bemoei je met je eigen zaken, ik doe wat ik zelf wil.

We gingen uit bed. Vrouw belde de politie die beloofde langs te komen, terwijl de muziek onverminderd hard doorstampte. Ik trok mijn ochtendjas aan, haalde de deur van het nachtslot, ging naar buiten en belde bij ze aan. Zij deed open, ik deed mijn beklag en vertelde ook dat de politie was gebeld. Hij wilde erbij komen, maar zijn vrouw hield hem tegen. Hij was enorm opgefokt, schold me uit voor kankermongool, wilde me bijna te lijf gaan. Buurvrouw sloot haastig de deur, ik ging terug, mijn vrouw belde opnieuw de politie.

Toen de sterke arm arriveerde was alles donker en stil bij de buren. De politie vertrok weer, min of meer onverrichter zake, maar beloofde wel onze melding op te slaan in hun systeem. Voor de volgende keer…..

En wij bleven zitten met de stress en, in mijn geval, met een schuldgevoel over de aanpak van dit incident: dat op de muur bonken was achteraf gezien niet zo verstandig, daarmee lok je agressie uit. Ik had beter eerst aan kunnen bellen bij hen. Maar ja, dat is wijsheid achteraf….